Terug

Statushouders timmeren dankzij Vluchtelingenwerk IJsselstein aan de weg

29 januari 2018

Een tandarts laat je niet in een kringloopwinkel werken; liever vind je voor statushouders werk in hun eigen vakgebied. Met deze aanpak slaagt Vluchtelingenwerk IJsselstein er al ruim anderhalf jaar in om gemotiveerde vluchtelingen met een verblijfsvergunning aan de juiste werkgever te koppelen.


Een van die statushouders is Alaa Haj Othman (31) uit Syrië, die in zijn geboorteland als timmerman in het bedrijf van zijn vader werkte. In 2013 ontvluchtte hij met zijn vrouw en 3-jarige dochter het land. Een lange reis bracht hem via Soedan, Egypte en Italië in november 2015 in Nederland.

Nadat hij zijn verblijfsvergunning had gekregen, kwam hij in maart 2016 in IJsselstein terecht. Daar nam Vluchtelingenwerk het gezin onder zijn hoede en volgde Alaa een inburgeringstraject van anderhalf jaar.

Eindelijk mocht ik na drie jaar weer werken en dan ook nog opnieuw met hout. Ik was zo blij

Alaa Haj Othman, statushouder uit SyriëHet was in de periode dat Pauline Grünberg een project startte om statushouders te bemiddelen naar werk in hun vakgebied. „Ik zag dat de WIL (Werk en Inkomen Lekstroom, de regionale uitvoeringsorganisatie voor werk, inkomensondersteuning en schuldhulpverlening, red.) er niet in slaagde. Dit onder meer doordat ze statushouders vaak werk ver onder hun niveau lieten doen. Zoals een tandarts in een kringloopwinkel. Zo iemand blijft natuurlijk niet duurzaam gemotiveerd.”

Dat is anders bij Alaa, die in juni en juli 2017 gedurende acht weken wekelijks een dag stage liep bij meubelfabriek Schilte en Zonen. Hij herinnert zich de eerste dag nog goed: „Eindelijk mocht ik na drie jaar weer werken en dan ook nog opnieuw met hout. Ik was zo blij.”

Edwin en Bart Pompe, beiden directeur bij het familiebedrijf, hadden op dat moment geen vacature, maar herinnerden zich Alaa, toen er onlangs een functie vrijkwam als machinaal houtbewerker. „We zitten in een sector waar moeilijk aan goed personeel te komen is. Eigenlijk hadden we maar één twijfel: zou het met de taal goed komen en zou Alaa daardoor niet te veel begeleiding nodig hebben?”

Nederlands
Inmiddels is dat echter ook opgelost: oud-afdelingshoofd Cor Knijf van Schilte leert Alaa wekelijks technisch Nederlands en Alaa studeert in zijn vrije tijd hard op de rest. Zowel Alaa als Schilte vonden het fijn dat Vluchtelingenwerk hen tijdens de sollicitatie en daarna begeleidde: het scheelde veel rompslomp en maakte de drempel lager om iemand aan te nemen. Alaa, inmiddels vader van een dochter van zeven en twee zoons van twee en zes maanden, is erg te spreken over de manier waarop zijn nieuwe collega’s hem hebben ontvangen. „Hier werd ik meteen geaccepteerd. Dat is in Syrië heel anders. Daar word je in het begin door de oudere garde argwanend bejegend. Zij vinden dat je je eerst maar eens moet bewijzen.”